Het Kasteel van Breda
Midden in de stad staat het Kasteel van Breda. Iedereen loopt er weleens langs, maar lang niet iedereen kent zijn verhalen vol dwarse make-overs, vijandige veroveringen en bijzondere bezoekers.
In de tijd van de ridders was het Kasteel een burcht met vier hoektorens en een gracht. Het kasteel was van de rijke familie van Johanna van Polanen.
Toen de 11-jarige Johanna van Polanen met Engelbrecht van Nassau trouwde, kwam hij er ook wonen. Zo kwamen de eerste Nassaus naar Nederland. Het was het begin van de Gouden Eeuw van Breda.
De Grote Verbouwing
Hendrik III erfde het Kasteel van zijn kinderloze oom, Engelbrecht II. Hendrik III en zijn vrouw Mencía de Mendoza lieten het Kasteel verbouwen tot een paleis. Het Kasteel kreeg een elegante binnenplaats, zuilen en bogen. Het werd een van de allereerste renaissancepaleizen buiten Italië.
In het Kasteel gaven de Bredase Nassaus grote feesten en maakten ze plannen voor de toekomst van Breda en Nederland. Vorsten, edelen, kunstenaars en geleerden uit heel Europa kwamen er op bezoek.
List met het turfschip
Later speelde het Kasteel een belangrijke rol in de Tachtigjarige oorlog. Daar werd de bekendste list uit de Nederlandse geschiedenis uitgevoerd, ook wel ‘Het Nederlandse Paard van Troje’ genoemd...
Met een turfschip werden soldaten het kasteel binnengesmokkeld, dat was ingenomen door de Spanjaarden. Ze verrasten de Spanjaarden compleet en namen het Kasteel in. Breda werd heroverd.
De komst van KMA
Pas na de Tachtigjarige oorlog maakte stadhouder-koning Willem III de verbouwing af. Later raakte het Kasteel in verval. In 1826 werd het opnieuw verbouwd, dit keer tot Koninklijke Militaire Academie. Dat is het nu nog steeds. Maar loop je nu langs het Kasteel, dan weet je welke grote make-overs het al heeft meegemaakt.